ZANG 1988 : Zevende Prijs
Marie-Noëlle de Callataÿ studeerde zang bij Jules Bastin aan het Koninklijk Conservatorium Brussel. Ze is laureate van het Internationale Zangconcours van ’s Hertogenbosch 1987 en van de Koningin Elisabethwedstrijd 1988, waar ze tevens de Prijs Jacques Stehman ontving.
Ze geeft talrijke recitals en neemt deel als soliste aan oratoria in België en in het buitenland (Frankrijk, Italië, Rusland, Denemarken, Spanje, Japan, Duitsland, Portugal, de Verenigde Staten, Luxemburg) onder leiding van dirigenten zoals Frieder Bernius, Frans Brüggen, Pierre Cao, William Christie, Grant Llewellyn, Peter Neumann, Ton Koopman, Patrick Peire, Yuri Simonov, Pierre Bartholomée, Marc Minkowski.
Bij de Vlaamse Opera was ze aan het werk te horen in Cenerentola van Rossini (Guy Joosten/ E. Pido), Il Ritorno d’Ulisse in Patria (J. Cl. Auvray/ Fl. Heyerick), L’incoronazione di Poppea van Monteverdi (G. Deflo/ R. Jacobs), Don Carlo van Verdi (G. Deflo/ S. Soltezs), Le Nozze di Figaro van Mozart (G. Joosten/ P. Erckens), Xerxes van Händel (N. Hytmer/ Jos Van Immerseel), Il Trittico van Puccini (R. Carsen/ S. Varviso), Les Liaisons Dangereuses van Piet Swerts (Ph. Sireil/P. Davin) en Die Zauberflöte van Mozart (N. Hytner/Marc Piollet).
In De Munt zong ze in Medeamaterial van P. Dusapin en in Dido and Aeneas van Purcell (J. Delcuvellerie/Ph. Herreweghe), Orphée aux Enfers van Offenbach (H. Wernicke/P. Davin) en Ariadne auf Naxos van R. Strauss (U. Laufenberg/A. Pappano). In de Staatsoper Hamburg was ze in maart 1999 te zien als Clorinda in Rossini’s Cenerentola.
Marie-Noëlle de Callataÿ heeft ondermeer de titelrol in Il Re Pastore van Mozart in concertversie gezongen in de Cité de la Musique te Parijs met het Orchestre Philharmonique van Radio France onder leiding van Leopold Hager, met wie ze ook in Salzburg de mis in c klein van Mozart vertolkte.